Nauwe banden tussen de disciplines blijken tekenend voor de werkwijze. Wilma van der Eijk, verpleegkundig specialist, vertelt over de start: “Het uitreiken van de keuzehulp verliep vanaf het begin al natuurlijk door de korte lijnen tussen de disciplines. Iedere patiënt krijgt de keuzehulp uitgereikt nadat zij zijn besproken in het MDO”.
In het Albert Schweitzer worden patiënten door de chirurg of verpleegkundig specialist samen met de mammacare verpleegkundige gezien voor consult. Marian Menke, mammachirurg, licht toe: “Het psychosociaal gesprek vindt direct plaats wanneer de chirurg de praktische zaken in gang zet. Hierbij wordt het uitreikvel meegegeven en wordt de meerwaarde van het doorlopen van de keuzehulp toegelicht. Met het uitreikvel hebben we er ook een communicatiemiddel bij: Ik kan intekenen op het vel, dat is heel gebruiksvriendelijk en duidelijk voor de patiënt. Het is geen medisch document met lastige termen. Dat is heel fijn.”
Patiënten bereiden zich met behulp van de online keuzehulp thuis verder voor op het gesprek bij de plastische chirurgie. Ze nemen de keuzehulp-samenvatting en het uitreikvel mee naar het gesprek. Plastisch chirurg Fientje van der Veen: “Het is waardevol om samen met de patiënt het uitreikvel te bekijken en te zien wat de chirurgen hebben ingetekend. Je merkt dat door het doorlopen van de keuzehulp patiënten goed voorbereid op het spreekuur komen. Dat maakt het gesprek makkelijker, duidelijker en gerichter. Een gesprek wordt al snel chaotisch voor een patiënt door alle verschillende informatie en keuzes. Nu kun je dat veel meer stroomlijnen.”
Marian: “De patiënten die wij zien zijn heel erg bezig met de ziekte: Hoe overleef ik? Welke operatie moet ik ondergaan? Dan komt het plastische deel daar tussendoor. En dat kan complex zijn. Door de keuzehulp ontstaat er voor de patiënt een duidelijke afbakening: Hier is het andere stukje, hier komt de cosmetiek, hier moet ik óók over nadenken. Het verwart je op die manier minder met jouw oncologisch proces.”
Om ervoor te zorgen dat patiënten de meerwaarde ook inzien en daadwerkelijk de keuzehulp doorlopen, wordt er heel bewust uitgereikt. Mammacare verpleegkundige Janine Zwartjes: “We zeggen bij het uitreiken heel duidelijk: dán heeft u een gesprek bij de plastisch chirurg. We verwachten van u dat u voor die tijd de keuzehulp heeft doorlopen. Patiënten zijn zich heel bewust van de ‘deadline’.” Er wordt door de zorgverleners ook altijd uitgelegd waarom het voor de patiënt belangrijk is. “Het is echt een hulpmiddel voor de patiënt om goed na te denken over wat zíj belangrijk vinden. Je merkt dat dit aanspreekt. Het besef van: het gaat om mij, het gaat om de keuzes die ík maak, wat ík belangrijk vind. Als ik goed voorbereid naar de afspraak ga, kan ik er meer uithalen voor mezelf. Dat overbrengen aan de patiënt maakt veel verschil.”
Fientje: “Patiënten komen door die voorbereiding heel anders bij mij op het consult. We kunnen zo sneller uitgebreid bespreken welke afwegingen de patiënt belangrijk vindt, in plaats van eerst alleen te zenden met voorlichting.” De informatie wordt met behulp van de keuzehulp en de time-out geleidelijk opgebouwd en de patiënt kan de tijd nemen om deze informatie te verwerken. Fientje: “Je moet toch ook efficiënt kunnen werken. Je kunt geen standaard gesprekken van een uur voeren. Daarin maakt zo’n keuzehulp veel uit.”
Margreet van Asperen, verpleegkundig specialist i.o.: “Wij merkten dat we achteraf meer telefoontjes kregen, als er onduidelijkheid is over de behandeling. Patiënten hebben van ons dan meer ondersteuning nodig bij het maken van een keuze. Als patiënten zich niet goed geïnformeerd voelen, leidt dat soms tot extra consulten. Het proces van voorlichting, met ruimte voor het eigen keuzeproces van de patiënt, vindt nu echt in 2 gesprekken plaats. Dit kost alle disciplines uiteindelijk minder tijd.” Fientje: “Met een al geïnformeerde patiënt kun je beter het gesprek voeren, dat levert uiteindelijk ook tijdswinst op.”
Het team ziet de keuzehulp niet als vervanging, maar als aanvulling op hun eigen voorlichting. Marian: “Als je als zorgverlener vindt dat jouw voorlichting al goed is, dan denk je echt vanuit je eigen perspectief. Met de keuzehulp geef je iets aan de patiënt. Dat is het verschil.” Janine: “De regie hoort bij de patiënt te liggen, je geeft de patiënt een handvat waarmee ze in haar eigen tijd en op eigen tempo de juiste informatie krijgt.”
Dat deze aanvulling op de bestaande voorlichting effectief is, bevestigen hun patiënten. Margreet: “We horen vaak van patiënten dat ze de ondersteuning met de keuzehulp heel fijn vinden. De combinatie van meer informatie met alle ervaringsverhalen spreekt aan. We zien dat door goede besluitvorming de twijfel er niet meer is. Patiënten staan nog steeds achter hun keuze en het resultaat. Dat is natuurlijk waar we het voor doen.”
De Borstreconstructie keuzehulp ondersteunt vrouwen die worden verwezen naar de plastisch chirurg om de verschillende borstreconstructie opties te bespreken. Hier vind je meer achtergrondinformatie over de keuzehulp.
De medische inhoud van de keuzehulp is gebaseerd op de Nederlandse richtlijn voor borstreconstructie van de Nederlandse Vereniging van Plastische Chirurgie en is geactualiseerd met kennis van de landelijke multidisciplinaire werkgroep. De keuzehulp is goedgekeurd door patiëntenvereniging Borstkanker Vereniging Nederland.
Kijk hier hoe je een proefpakket kan aanvragen.
Of neem contact op met:
Sophie Kurk, Programma manager ZorgKeuzeLab via: sophie@zorgkeuzelab.nl